In het voormalig klooster van de grauwzusters is het Maastrichtse Natuurhistorisch Museum gevestigd, het enige museum waar je restanten van maar liefst drie mosasaurussen kunt zien.
Wie kent niet de toegangspoort tot het Natuurhistorisch Museum Maastricht (NHM) gevestigd in het voormalige Grauwzustersklooster? De bronzen poort van het museum is ontworpen door de Maastrichtse beeldhouwer Han van Wetering en dateert uit de jaren 1978-1979. Het is een eyecatcher, deze poort overvol taferelen uit de natuurlijke historie. Aantrekkelijke, mysterieuze, een beetje huiveringwekkende maar in elk geval aandacht trekkende voorstellingen sieren de poort die de bezoeker uitnodigt het museum te betreden onder het toeziend oog van het beeldje van een Grauwzuster dat door de Maastrichtse beeldhouwer Frans van de Laar in 1921 werd gemaakt. Het stenen nonnetje is in een nis geplaatst boven de museumingang. Zo’n entree maakt nieuwsgierig de drempel naar het museum over te gaan.
Passeert men de poort, dan lijkt het of je in een andere wereld komt. De wereld van de Mosasaurus, de wereld van Ber, de wereld van Carlo, de spolia van drie prehistorische Maashagedissen die in de collectie van het museum worden gepresenteerd. Natuurlijk… iedereen weet dat de originele Mosasaurus Hofmanni in 1794 door de Fransen naar Parijs is ontvoerd. En iedereen weet dat de originele eerstgevonden Maashagedis nooit meer naar de Limburgse hoofdstad zal terugkeren, maar toch… zij blijft de prehistorische trots van elke Maastrichtenaar, die icoon van het oeroude verleden van Maastricht. Gelukkig staat in de fraaie tuin van het museum het ‘Mosaleum’, een glazen paviljoen dat speciaal is ontworpen voor ‘Bèr’. Bèr werd in 1998 ontdekt door Rudi Dortangs in de groeve van de ENCI in de Sint Pietersberg. De bijnaam Bèr is afgeleid van ‘’Bèr Janssen’’, de naam die Paul Pletzers, toenmalig pr functionaris van ENCI, gaf aan de fossielen toen de paleontologen van het Natuurhistorisch Museum op 10 augustus 1998 in zijn kantoor stonden om hem mee te delen dat er mogelijk een tweede Mosasaurus Hofmanni was gevonden tijdens de mergelwinning in de Enci groeve. Later verdween de tweede naam. Nu weet elke zichzelf respecterende Maastrichtenaar wie Bèr is!
Er is nog een derde Maashagedis in het NHM te bewonderen. De vinder was Carlo Brauer. Deze derde Mosasaurus – althans de reusachtige kaak van deze Maashagedis – is vernoemd naar zijn ontdekker, graafmachinist ‘Carlo’. In september 2012 vond Carlo Brauer in de ENCI groeve een deel van de kaak van wat een ongeveer dertien meter lange Mosasaurus moet zijn geweest. Het fossiel is in een oudere mergellaag gevonden dan de meeste van de bekende botten en tanden van Maashagedissen. Carlo zal – naar schatting – een haf miljoen jaar ouder zijn dan Bèr. Het is heel goed mogelijk dat prehistorische haaien het kadaver van deze Mosasaurus toentertijd hebben opgepeuzeld en op die manier de restanten over een groot gebied hebben verspreid. Het museum doet daar momenteel onderzoek naar. De hoge ouderdom van Carlo kan de kennis over voorkomen en leefwijze van de gigantische Maashagedissen verder aanvullen.
Medio de zeventiende eeuw liet Hiëronymus Stas een huis bouwen op de plek van het huidige Natuurhistorisch Museum Maastricht omgeven door een fraaie tuin. In 1673 verkocht hij zijn bezit aan de Grauwzusters. Het oudste deel bezit krulgevels en staat bekend als het huis Stas. De gevels zijn opgebouwd met zogenaamde ‘speklagen’ van mergelsteen. Het interieur van het huis Stas bezit nog de originele vloeren en plafonds met troggewelfjes. De eenvoudige rechthoekige kapel dateert uit het midden van de achttiende eeuw; het poortgebouwtje dateert uit 1705.
Op 5 januari 1920 begon de restauratie van het klooster voor de huisvesting van het Natuurhistorisch Museum. Het Natuurhistorisch genootschap in Limburg werd opgericht in 1912 en kreeg al snel internationale bekendheid vanwege de schitterende verzamelingen zoals de collecties insecten van Wasmans s.j. en Willemse en de mieren verzameling van Van Boven. Helaas bleek de exploitatie van het museum een te grote last voor het genootschap. De Gemeente Maastricht aanvaardde de verzamelingen in 1917 als een geschenk van het genootschap. Sinds 1990 is het museum een afdeling van de gemeentelijke dienst Kunst, Cultuur en Onderwijs. Het geheel vernieuwde gebouw van het Grauwzusterklooster werd door prins Claus officieel heropend op 14 juni 1977.